1e Advent 'Sorry'
Een pelgrimslied
Uit de diepten roep ik tot U, o HEERE; Heere, hoor naar mijn stem.
Laat Uw oren opmerkzaam zijn op mijn luide smeekbeden.
Als U, HEERE, op de ongerechtigheden let, Heere, wie zal bestaan?
Maar bij U is vergeving, opdat U gevreesd wordt.
Ik verwacht de HEERE, mijn ziel verwacht Hem en ik hoop op Zijn woord.
Mijn ziel wacht op de Heere, meer dan wachters op de morgen, wachters op de morgen.
Laat Israël hopen op de HEERE, want bij de HEERE is goedertierenheid en bij Hem is veel verlossing.
Ja, Hij zal Israël verlossen van al zijn ongerechtigheden.
- Psalm 130 (HSV)
Er is één liedje wat mij altijd weer enorm raakt zonder dat er een woord in gezongen wordt. In het nummer ‘Sorry’ raakt de muzikant Kyteman een bepaalde snaar die maakt dat ik het lied al honderden keren heb geluisterd. Je voelt dat de trompettist tegen iets of iemand ‘sorry’ wil zeggen. Het begint klein, kwetsbaar, schuldbewust. Je wordt meegenomen in een spijtbetuiging terwijl ergens op de achtergrond er een sprankje hoop en verwachting zweemt. Hoop dat het weer goedkomt. Hoop die ver weg lijkt. Tot plots daar het orkest bijvalt en de hoop als de dageraad doorbreekt. De zon komt op! Het verhaal voelt nog niet 'af' aan het einde van het lied, maar we hebben de hoop gezien, gevoeld en gehoord. Het herstel is begonnen.
Er is één psalm die mij elke keer weer enorm raakt: Psalm 130. Het is een zogeheten boetepsalm. De psalmist is zich bewust van zijn schuld en gebrokenheid. En vanuit diepe gebrokenheid roept hij het uit naar God. Klein, kwetsbaar en schuldbewust. Het is een heftige spijtbetuiging. Langzaam proeven we echter steeds meer van de hoop. 'Ik hoop op Zijn woord'. Met heel zijn wezen wacht de psalmist op de komst van God. Hij gebruikt het beeld van wachters op een muur. Ze blijven maar turen in de donkere nacht. Urenlang in gevecht met de ogen die dreigen dicht te vallen of de angst voor mogelijke vijanden. Het is de wetenschap dat de zon weer opkomt die hen op de been houdt. De zon komt op! De psalmist nodigt heel zijn volk uit om met hem te midden van de donkere nacht te hopen op de goede God die komt.
De hele Bijbel zou je kunnen samenvatten in drie woorden: 'God met ons'. Vanaf het begin tot het eind draait het om de God van Israël die wil wonen onder de mensen die Hij liefdevol gemaakt heeft. En het heeft Hem alles gekost om dat voor elkaar te krijgen. Eeuwenlang hunkerden mensen naar de komst van God in hun donkere nacht. En middenin een donkere nacht kwam Hij op een manier die niemand had verwacht. Immanuel. God met ons. De God die de sterren en heel de schepping in Zijn hand hield, kwam naar ons als kwetsbare baby. De God die het licht verzon, liet voor ons de duisternis over zich heen vallen. Hij overwon het. En hoewel het leven nog gebroken is, gaan wij door vanuit die hoop. Ooit maakt Hij alles nieuw. Tot die tijd spreekt hij dwars door onze schuldgevoelens en kwetsbaarheid heen: Ik ben met jullie.
Reacties
Een reactie posten